Doorgaan naar hoofdinhoud
  • Tips
  • |
  • Digitale geletterdheid
  • |
  • po
  • vo
  • mbo

6 tips: digitale geletterdheid in oorlogstijd 

Kinderen en jongeren zien op televisie en via online media schokkende beelden over oorlogen, aanslagen en ander geweld. Dit roept soms heftige emoties op. Daarnaast is oorlog steeds vaker ook een informatieoorlog: niet alle informatie die leerlingen zien, horen en lezen is juist. Hieronder vind je zes tips om hier binnen de school mee om te gaan.

Logo Kennisnet

Door de redactie

09 april 2024
5 minuten lezen

Hoe kun je de digitale geletterdheid van de leerlingen vergroten zodat ze ook in tijden van oorlog en terreur weerbaar zijn? Leerlingen moeten leren omgaan met nare beelden en de gevoelens die daarbij spelen, en tegelijkertijd leren om te controleren of de informatie die ze zien wel klopt. En dan is er ook nog begrip en kennis nodig van conflicten, en van hoe je daar (online) mee kunt omgaan. Dit alles vraagt om pedagogische keuzes.

  • Tip 1: Weet wat ze zien

    Weten wat leerlingen zien, begint met weten waar leerlingen zijn, online. Het is belangrijk dat leraren en anderen die met leerlingen werken, weten op welke platforms kinderen en jongeren zitten. Niet dat je zelf actief hoeft te zijn op TikTok, Snapchat, Instagram en dergelijke. Ook is het niet nodig (en vaak zelfs onwenselijk) dat je je leerlingen online persoonlijk gaat volgen. Wél helpt het als je weet wat er speelt, ziet wat voor verhalen en beelden rondgaan op de verschillende platforms, welke accounts kinderen en jongeren trekken, hoe sociale media werken.

    Wát leerlingen rondom oorlogen en conflicten te zien krijgen, varieert:

    • indringende foto’s en filmpjes van slachtoffers van oorlogen en aanslagen
    • aangrijpende verhalen over slachtoffers van oorlogen en aanslagen
    • beelden of verhalen over mensen die ruziemaken over oorlogssituaties zoals in Gaza
    • informatie die niet klopt en/of polariseert, al dan niet doelbewust
  • Tip 2: Bied grenzen en ruimte

    Het gegeven dat oorlogen en aanslagen via allerlei media de school binnenkomen, vraagt om een pedagogisch klimaat waarin aandacht is voor online veiligheid en ruimte voor het bespreken van (negatieve) ervaringen. Het is aan scholen om het midden te vinden tussen grenzen stellen en ruimte geven. Dit is deels een technische kwestie – filter je de kanalen van de school of niet? Maar het is zeker ook een pedagogisch vraagstuk. Houdt de school bepaalde informatie tegen, laat ze (digitale) ruimte, of is er een middenweg mogelijk? De rol en inbreng van de ouders is ook relevant. Hoe kijken zij hiernaar?

    Ruimte voor risico’s en het gesprek

    Ruimte geven betekent ook: ruimte voor risico’s. Zeker oudere leerlingen verkennen ook online hun grenzen. Daarbinnen zullen ze ook negatieve ervaringen opdoen. Binnen diezelfde ruimte kan de leraar met de leerlingen in gesprek over wat ze zien, hoe online media werken, wat de beelden met hen doen, en hoe ze daarmee om kunnen gaan: digitale geletterdheid.

    Morele vorming

    Realiseer je dat indringende nieuwsverhalen en -beelden van agressie, geweld en menselijk lijden leerlingen (ook in het voortgezet onderwijs) angstig en verdrietig kunnen maken, maar ook bijdragen aan hun vorming. Ze kunnen helpen kinderen en jongeren zich bewust te maken van onrechtvaardigheid en doen een appel op hun morele geweten. Wie anderen onrechtvaardig ziet lijden door oorlog of andere vormen van geweld en agressie, kan zich daardoor met hen verbinden en met hen meevoelen. Dit en meer blijkt uit een literatuurstudie die het Netwerk Mediawijsheid liet uitvoeren.

  • Tip 3: Zorg voor een veilig pedagogisch klimaat

    Anneke Smits, lector Onderwijsinnovatie en ICT aan Hogeschool Windesheim, benoemt de waarde van pedagogisch handelen voor de ontwikkeling van digitale geletterdheid: leraren die goed luisteren naar hun leerlingen, die zich daardoor begrepen voelen, hebben een goede uitgangspositie voor open interacties over digitale geletterdheid. “Deze leraren zijn in staat om open gesprekken met hun leerlingen te voeren, waarin de digitale wereld verkend en overdacht kan worden. Zij hebben de openheid om met leerlingen normen en waarden voor de omgang met deze wereld te verkennen en te ontwikkelen.” Zodat leerlingen voelen: ook met negatieve online ervaringen kan ik bij mijn leraar terecht.

Indringende verhalen en beelden kunnen helpen kinderen en jongeren bewust te maken van onrechtvaardigheid en doen een appel op hun morele geweten

  • Tip 4: Bespreek de werking van desinformatie

    In conflictsituaties wordt vaak valse en misleidende informatie verspreid. Doelbewust (dan is het desinformatie), of onbewust doordat de verspreider zich niet realiseert dat de informatie niet klopt (misinformatie). Vaak gaat het om (oudere) informatie uit in een andere context, om geënsceneerde beelden met ‘acteurs’ of om beelden die met artificial intelligence zijn gemaakt. Jongeren brengen zo’n tweeënhalf uur per dag door op sociale media, dus het risico dat ze dit soort des- of misinformatie tegenkomen en verder verspreiden, is groot.

    Onjuiste informatie gaat razendsnel rond op TikTok en andere platforms, en algoritmes maken dat tegengeluiden de leerlingen maar moeilijk bereiken. Leerlingen kunnen hun mening dus vormen op basis van deze misleidende informatie. Dit maakt maar weer eens duidelijk hoe belangrijk het is dat leerlingen over voldoende feitenkennis beschikken. Hoe meer je weet over een onderwerp, hoe beter je des- of misinformatie herkent.

    Uiteraard zijn niet alleen kinderen en jongeren vatbaar voor desinformatie. Ook binnen schoolteams kan desinformatie zorgen voor polarisatie en emoties.

  • Tip 5: Integreer digitale geletterdheid in bestaande vakken

    Een van de adviezen uit het Handboek digitale geletterdheid 2021/2022 luidt: integreer digitale geletterdheid in bestaande vakken. Het TerInfo-project van de Universiteit Utrecht helpt scholen te helpen bij het bespreken van terrorisme, politiek geweld en heftige gebeurtenissen in de samenleving en biedt geschiedenisleraren handvatten om complottheorieën te ontkrachten.

  • Tip 6: Versterk de kennis en kunde van leraren

    Inzicht in de online platforms waar kinderen en jongeren zich bewegen, begrijpen hoe desinformatie uitpakt, weten hoe je leerlingen kunt helpen omgaan met ingrijpende beelden en verhalen, het voeren van een gesprek over moeilijke onderwerpen: dit soort zaken vraagt om bepaalde vaardigheden van leraren. Professionalisering rondom deze onderwerpen kan hen hierbij helpen.

De onderwerpen waarover wij publiceren