- Tips
- |
- Digitale geletterdheid
- |
- po
- vo
DG-onderwijs zonder scherm biedt didactische én pedagogische mogelijkheden
Voor onderwijs in digitale geletterdheid (DG) is beslist niet altijd een computer nodig. Voor ict-basisvaardigheden meestal wel, maar voor informatievaardigheden, mediawijsheid en computational thinking vaak niet. In dit artikel geven we een staalkaart van unplugged lesmogelijkheden en de gedachten daarachter.
Door de redactie
Sommige ouders maken zich zorgen over het gebruik van computers op school. Waaronder ouders die bewust gekozen hebben voor een (basis)school zonder laptops of tablets. Ex-schoolleider Nadia Demaret, tegenwoordig adviseur bij Kennisnet, ondervond dat toen ze een leerlijn digitale geletterdheid wilde ontwikkelen voor haar vrijeschool. Dat leverde nogal wat weerstand op. “Maar door goed uit te leggen wat we van plan waren en waarom, konden we gelukkig iets van die angst – want dat was het – wegnemen.”
Zorgen van ouders wegnemen
Bovendien zijn er allerlei mogelijkheden om schermloze lessen te geven, waardoor ouders gerustgesteld kunnen worden. Demaret: ‘Als je in groep 1 of 2 een toren bouwt met Kapla, ben je ook al met systemen en regels bezig. Daar kun je later op reflecteren en naar terugverwijzen.’
Natuurlijk ontkomen scholen niet volledig aan schermgebruik, bijvoorbeeld in het rekenonderwijs, erkent Demaret. Maar met wat vernuft en creativiteit kan het vaak ook anders. “Dit is een vak dat nog heel erg in ontwikkeling is. Léér je de begrippen en de principes of laat je die spelenderwijs ontdekken door de leerlingen, ook zonder computer? Dat zijn grote vragen die we de komende jaren met zijn allen moeten beantwoorden.”
Een blaadje papier is soms al genoeg
“Voor onderwijs over technologie heb je niet altijd technologie nodig”, zegt Iris Muis, programmamanager bij de Utrecht Data School van de Universiteit Utrecht. “Je hebt lang niet altijd een computer nodig om uit te leggen wat computers doen; dat kan soms ook met een blaadje papier.” Denk bijvoorbeeld aan oefeningen als programmeren op ruitjespapier of het uitschrijven van een algoritme.
Blijf wel de transfer voor ogen houden
Ook Martin Klein Tank, curriculumexpert bij SLO, vindt dat hands on computergebruik niet per se nodig is. Mits de transfer goed in het oog wordt gehouden. Oftewel: dat leerlingen de dingen die ze in een bepaalde situatie geleerd hebben ook kunnen toepassen in een nieuwe situatie.
Spelletjes zijn prima, maar je moet er later wel op terugkomen, anders is er geen transfer
Klein Tank: “Er zijn genoeg spelletjes waarmee je de principes van digitale geletterdheid en aspecten van computational thinking kunt aanleren. Oorzaak-gevolg-oefeningen wijzen op als-dan-regels en dingen op volgorde leggen is patroonherkenning. Je kunt best veel doen zonder computer. Maar: je moet er later wel op terugkomen, anders is er geen transfer.”
Voorbeelden DG-spelletjes
De spelletjes waar Klein Tank op doelt, zijn te vinden op onder andere:
Ook in Nederland zijn er verschillende sites waarop kant-en-klare unplugged opdrachten worden aangeboden, zoals:
- Codekinderen (‘programmeren zonder computer’)
- Informatica Unplugged (‘kiezen met kaarten: over if-statements’)
Reflecteren op ethiek
De belangrijkste unplugged activiteit is ‘het gesprek’ – als didactisch, maar ook als pedagogisch instrument, klassikaal of in subgroepjes. Praten met de leerlingen is ook het middel bij uitstek om de waarden achter ict-gebruik te onderwijzen. Welke technologie wordt er ingezet, waartoe en welke voorwaarden kun je daaraan verbinden? Wat vind je nog wel kunnen en wat niet, en welke keuzes kunnen we zelf nog maken?
Die ethische reflectie moet ook in het DG-onderwijs een plek krijgen, vindt Remco Pijpers, strategisch adviseur digitale geletterdheid bij Kennisnet. “Toepassing van nieuwe technologie beïnvloedt waarden en roept ethische vragen op. Reflectie op die vragen helpt om sturing te geven aan digitalisering.” Dat werkt vaak beter in een gesprek dan achter het scherm.